Eerbetoon

5/5.00 - gebaseerd opan beoordelingen

product informatie Eerbetoon : Lees reviews op nl.tumme.com

Eerbetoon : Lees reviews op nl.tumme.com Word Lid Van Ciao| Login| Help| Mobile Camera's Computers DVD's Elektronica GSM's Huishoudelijk Mobiliteit Muziek Reizen Meer Ciao - voor mensen met een mening De meest recente reviews Schrijf je eigen review Nieuwe vragen Videoreviews Home > Ciao Café > Creatief Schrijven > Proza > Eerbetoon
Eerbetoon Lees 1 review | Schrijf een review | Vraag stellen | Ik ben helemaal dol op lezen en op schrijven. Vooral kinderboeken hebben mijn volle aandacht. Een van mijn favoriete kinderboekenschrijfsters aller tijden is de de in Zeeland geboren Anna Maria Geertruida Schmidt, beter bekend als Annie M.G. Schmidt. Annie M.G. Schmidt heeft in haar leven prachtige verhalen en gedichten geschreven, allemaal voor kinderen. Omdat ze in haar hart altijd een meisje van 8 is gebleven, zoals ze op een gegeven ... Lees review



Een moment, a.u.b. .... Beoordeel dit product:     Een quick review schrijven (20-120 woorden) Richtlijnen voor het schrijven van een review Sluit Je kunt je beoordeling voor andere mensen nog waardevoller maken door een quick review van het product hieraan toe te voegen.   Toon preview 0 Woorden Overzicht Reviews Vragen  

Reviews over Eerbetoon     Biografie van en eerbetoon aan Annie M.G. Schmidt
Een review door freakingfroggie voor Eerbetoon
07.02.2006


Auteurs productevaluatie:   


Voordelen: Inzicht in het leven van de mens achter de verhalen Nadelen: *  *  *  lang verhaal  *  *  *
Aanbevelen aan potentiële consumenten: Ja 
Volledige review Ik ben helemaal dol op lezen en op schrijven. Vooral kinderboeken hebben mijn volle aandacht. Een van mijn favoriete kinderboekenschrijfsters aller tijden is de de in Zeeland geboren Anna Maria Geertruida Schmidt, beter bekend als Annie M.G. Schmidt.Annie M.G. Schmidt heeft in haar leven prachtige verhalen en gedichten geschreven, allemaal voor kinderen. Omdat ze in haar hart altijd een meisje van 8 is gebleven, zoals ze op een gegeven moment zelf ook vertelde. Het onderstaande is informatie die ik zelf onlangs van verschillende websites heb gehaald, om mij een beeld te kunnen vormen van het leven van de vrouw, die zulke prachtige verhalen kon schrijven, dat jong en oud geboeid waren en bleven door de eenvoud en pracht ervan. Met voorbeelden van werk van haar , maar vooral met een beschrijving van haar leven, is dit: de biografie van Annie M.G. Schmidt (1911-1995)De vader van Annie was dominee in het dorp Kapelle in Zeeland. Het gezin woonde in de pastorie tegenover de kerk.
'De straat was geplaveid met grote keien waarover de boerenkarren ratelden, altijd enkele dampende verse paardevijgen achter zich latend,' schrijft ze in haar boek Wat ik nog weet. 'Het was de tijd van paard en wagen. Geen auto's, geen radio, geen televisie. Alleen de notabelen hadden een krant. De koster die ook doodbidder was, kwam zeggen wie er dood was. Meer hoefde je niet te weten'.
De andere kinderen in het dorp vonden haar een beetje raar. Een domineesdochter die geen Zeeuws sprak en niet in klederdracht liep, maar 'stads' gekleed ging. Ze was erg op zichzelf en speelde bijna nooit buiten.
'Nee, wij waren geen buitenmensen', herinnert ze zich, 'we waren huismussen. De pastorie was een burcht waarin we ons veilig waanden tegenover de barre wereld van landbouwers.'Soms klom ze tijdens de zondagsdienst stiekem naar boven. Vanaf de torentrans zag ze de schepen op de Wester- en Oosterschelde, het groene Zuid-Beveland daar tussenin, de weg naar Wemeldinge en de dijk naar Hansweert met een heel klein busje erop. Ze ziet de huizen, de boerderijen, het hondenhok en de hond. Alles heel ver weg.
'En ik voelde me dan zo vrij', schreef Annie, 'als later nooit meer, nooit meer. De kerk was van mijn vader, met de diakenen en de witgekapte vrouwen. Maar de toren niet. Die was van de vleermuizen, van de uilen en van de grote zwarte kraaien. Die behoorde toe aan oude tijden; die toren had iets heidens, iets wilds, iets tomeloos. Die toren had iets van wind en van schepen en van zeerovers. Die toren was van mij.'Anna Maria Geertruida Schmidt was het derde dochtertje met dezelfde naam. Twee dochtertjes voor haar stierven. Haar moeder bewaakte haar als een kostbaar kleinood dat beschermd moest worden. Met haar vader had Annie niet zoveel contact.
'Op zondagmorgen zat hij aan het ontbijt en at een krentenboterham. 'Lopen ze al?', vroeg hij dan. Over de kerkpaden kwamen de boeren met hun ronde hoeden en de boerinnen met hun witkanten kappen, hun zwart lustren schorten, hun bloedkoralen en gouden stukken, hun omslagdoeken met zwarte franje, hun kerkboeken, hun zwarte kousen, hun zorgelijkheid en plechtigheid en hun Zeeuwse argwaan tegen alles wat niet witte kappen en zwarte schorten droeg.'
Even later zaten ze allemaal in de kerk en ging dominee Schmidt hen voor. 'Ik herinner mij zijn handen waarmee hij de preekstoel omklemde. Ze leken precies op de mijne.'Annie is een vroeg wijs kind en kijkt met enige verbazing naar de volwassen wereld om haar heen, waarin mensen vaak andere dingen zeggen dan ze doen. Haar vader hield eenden en was daar dol op. Hij had zelf een slootje gegraven en hij voerde ze brood. Dat gaf nogal eens ruzie thuis, want brood was schaars.
De Eerste Wereldoorlog woedde in alle hevigheid. Er kwamen mensen uit Sittard om te vragen of haar vader daar dominee wilde worden. Meer geld, groter huis. En Sittard was een stad. Er volgden veel discussies tussen haar ouders, waar ze niet veel van begreep. Alleen verstond ze af en toe het woord 'eenden'. Kort daarop verklaarde haar vader op de preekstoel dat hij het beroep niet had aangenomen. God had hem gevraagd te blijven waar hij was, zei hij.
'Dat was God niet', schreef Annie later, 'dat waren de eenden. Waarom zei hij niet gewoon: 'Ik blijf liever bij mijn eenden?'Als Annie over haar jeugd schrijft, leest dat als een absurd drama in de vorm van een komedie. De verhalen zijn soms schrijnend, maar bijna altijd om te lachen. Toch had een domineesdochter in het begin van deze eeuw in Zeeland niet zoveel pleziertjes. Een dagje met haar vader en de notaris naar Goes waar ze de kerk bekeken. Een majoor te paard die zijn hoofd door het open raam stak en haar een poppenbadje gaf met echt kraantje. En toen ze in de derde zat, ging de meester van de vierde dood.
'We kenden hem bijna niet', schrijft Annie, 'maar het was toch heerlijk, want we mochten allemaal witte jurken aan met zwarte sjerpen. Toen dat werd aangekondigd en er bovendien werd bij gezegd dat we met die jurken aan samen een krans mochten dragen en een lied mochten zingen voor het hek van het oude kerkhof, toen kende onze vreugde geen grenzen meer.'Voor haar trouwen was de moeder van Annie onderwijzeres geweest. Ze leerde haar dochter al vroeg lezen. Ze vertelde verhalen, zong liedjes en las sprookjes voor. Als Annie veertien jaar is, stuurt ze enkele van haar versjes naar de beroemde dichter Willem Kloos. Die antwoordt: 'Nu ik de verzen van uw kind goed ken, eerst las mijn vrouw ze mij voor en zo even keek ik ze nog eens door, voor mijzelf alleen, behoef ik u gelukkig niet de hoop te ontnemen, dat zij waarachtige aanleg heeft. Uit den vlotlevendige en harmonische, ja hier en daar zelfs muzikalen rhytmus, laat zich afleiden dat er diep wezenlijk iets in haar zingt.' Ook raadpleegt mevrouw Schmidt een helderziende. De vrouw voorspelt dat Annie een beroemde schrijfster zal worden.'De eenzaamheid die ik als kind van een notabel in een klein dorp voelde, ligt waarschijnlijk ten grondslag aan mijn schrijven. Ik was altijd een outsider, stond altijd aan de kant. Lezen en schrijven waren mijn uitweg. Ik leefde in een wereld van sprookjes en kinderverhalen. Die fantasiewereld is nog steeds mijn ontsnappingmogelijkheid.'Ik heb van alles gedaan, zegt Annie in een interview. Kandidaat-notaris studeren, maar dat wilde ik helemaal niet. Ik werd ertoe geprest door mijn ouders.
Schoevers, secretaresse, een jaar Duitsland om de taal te leren. Niets lukte en ik wilde ook niets. Dat is meestal zo: ik wilde niets, maar wist ook niet wat ik wel wilde. Eindelijk ben ik toen op de bibliotheek terechtgekomen en dat lag me goed. Ik had ook altijd andere vriendjes en verloofden, want dat hing er natuurlijk ook mee samen. In die bibliotheektijd werd ik een echte brave tut. Als ik daar op terugkijk was ik wel een degelijke juffrouw, ja, verschrikkelijk degelijk.'Tot haar eigen verbazing vindt Annie het bibliotheekwerk heerlijk. Opnieuw is het de verzekeringsagent Callenfels die haar een introductie bezorgt. Ze komt terecht op de Openbare Leeszaal in Middelburg. Aanvankelijk werkt ze als volontair, wat betekent dat ze niet betaald wordt. Ze haalt haar diploma, krijgt een baan en gaat op kamers wonen. De familie Schmidt heeft inmiddels het contact met de heer Callenfels verbroken, omdat hij lid is geworden van de NSB, de Nederlandse partij die Hitler steunt. Op aandringen van haar moeder debuteert Annie M.G. Schmidt enkele jaren later, in 1938, 'officieel' in het christelijk letterkundig tijdschrift Opwaartse Wegen met twee verzen. Een daarvan verwijst naar de dichter Willem Kloos, die al vroeg constateerde 'dat er diep wezenlijk iets in haar zingt.' Zijn beroemde dichtregel 'Ik ben een god in het diepst van mijn gedachten' krijgt bij Annie een heel ander vervolg.Leeszaal
Ik ben een god in 't diepst van mijn gedachten,
maar in de bibliotheek een volontair
die hunk'rend op een baantje zit te wachten
en boeken uitleent met een zeker air.
Ik lever geest'lijk voedsel aan mevrouwen
die binnenkomen en alleen maar van
de allernieuwste liefdesboeken houden,
'maar niet zo'n engerd als die Wasserman'.
Ik loop met stapels boeken rond te sjouwen
en plak een etiket op Gorters Mei.
Och, als nu juffrouw Jansen eens ging trouwen,
dan kwam er eind'lijk eens een plaatsje vrij.
Ik ben het niet alleen, die staat te wachten
en achter me staat nog een hele rij.
Ik ben een god in 't diepst van mijn gedachten,
maar niet zo heel veel in de maatschappij.In het begin van de Tweede Wereldoorlog wordt Annie M.G. Schmidt directrice van de Openbare Bibliotheek in Vlissingen. Ze weigert het verplichte bordje 'Verboden voor Joden' op te hangen. De door de Duitse bezetter verboden boeken haalt ze niet uit de schappen. In de leeszaal zijn geen Nationaal Socialistische bladen te vinden. Na verloop van tijd ontbiedt een nieuwe NSB-burgemeester haar op het stadhuis. Het blijkt een oude bekende te zijn: de voormalige verzekeringsagent Callenfels.
'Ik wil je een voorstel doen', zei hij. 'Ik weet dat je broer in de gevangenis zit in Scheveningen. Als jij en de bibliotheek wat vriendelijker zouden zijn voor ons, meer open zouden staan voor onze ideeën en propaganda… dan zou ik wellicht iets voor je broer kunnen doen.' 'Ik zei niets', schrijft Annie in haar boek Wat ik nog weet. 'Terugfietsend naar de bibliotheek dacht ik: Ik leg toch lekker geen Volk en Vaderland neer. En m'n broer komt toch wel uit de gevangenis. Dat was ook zo.''Ik ben een god in het diepst van mijn gedachten, maar niet zo heel veel in de maatschappij - was natuurlijk een verwijzing naar Kloos, zegt Annie in een interview. Maar ook een diep verlangen in me. Ik heb altijd gehoopt, gedroomd dat ik zou kunnen schrijven. En tegelijkertijd was ik bang dat ik niet goed genoeg was.'
'In de bibliotheek zijn ook mijn ideeën over kinderen en boeken gevormd, door eindeloos te observeren. Lezende kinderen zijn zo boeiend. De manier waarop ze ondanks de vreselijke herrie totaal in hun boek verdiept zijn, zal me altijd bijblijven.'
'Schrijven ben ik pas gaan doen toen ik 36 was. Daarvoor had ik alleen wat Sinterklaasrijmen gemaakt. Mijn meisjesdromen waren gewoon: een vak hebben, werken en verschrikkelijk graag een man, van wie ik veel kon houden en met wie ik dan zou trouwen… Als ze bij Het Parool niet ontdekt hadden dat ik leuke versjes kon maken, was er niets gebeurd.'De belangrijkste omslag in het leven van Annie M.G. Schmidt komt in 1946. Voor de oorlog heeft ze korte tijd in Amsterdam gewoond tijdens haar bibliotheekopleiding. En nu wordt ze gevraagd om bij de voormalige verzetskrant Het Parool te komen werken. Annie: 'Het was een grote eer', schrijft Annie in Wat ik nog weet. 'Het was een wonder. Uit het kapot geschoten en door overstroming dichtgeslibde Vlissingen terug te mogen keren naar Amsterdam. Met een onvoorstelbaar hoog salaris, meer dan honderd gulden per maand. En dat aan een krant! Dat betekende midden in de wereld, in het hier en nu. Daarbij vergeleken was een bibliotheek een museum, een duffe neerslag van alles wat ooit lang geleden was geschreven. Halleluja, wat een kans voor de provinciale Annie….' Voor de nieuwe krant begint ze een archief op te zetten. Een verstrooide, verlegen, wazige, wat muizige vrouw: juffrouw Schmidt van documentatie.Het waren de jaren na de Tweede Wereldoorlog. Bij Het Parool heerst een uitbundige sfeer. Annie: 'Iedereen ging met elkaar naar bed, allemaal getrouwde mannen die met elkaars vrouwen gingen, feesten en afspraakjes en toestanden en zo. Eerst stond ik daar heel onwennig tegenover, maar ik vond het allengs wel aardig.' Ze wordt opgenomen in een kring van journalisten, intellectuelen en kunstenaars. De illustratrice Fiep Westendorp was daar één van. Redactrice Jeanne Roos herinnert zich: 'We leefden helemaal in de euforie van de oorlog die over was. We hadden weer te eten, er was weer papier voor de krant en we trokken voortdurend met elkaar op.' Annie raakt zwanger van 'een jongen met een blauwe pet', die ook nog homoseksueel blijkt te zijn. Op de paniek en wanhoop volgt een spontane abortus. Het is een ingrijpende ervaring die ze haar hele leven voor zichzelf zal houden. Pas dertig jaar later schrijft ze er een liedje over voor de musical Foxtrot: 'Over tijd'.Over tijd
Ik zei dokter, zei ik, dokter,
maar dat kan niet, zei ik, dokter,
'k ben alleen wat over tijd.
Tja, maar toch, het is een feit.
Ik zei dokter, luister even,
't komt niet zo goed gelegen.
Zijn er dan geen middelen tegen?
Een of ander medicijn?
Nee, dat zou misdadig zijn.
Ik zei dokter, zei ik, dokter,
dokter van die éne keer?
Dat is uitgesloten dokter.
Tja, maar dat gebeurt wel meer.
U moet trouwen, zei de dokter,
heel gauw trouwen, zei de dokter,
da's 't middel tegen 't kwaad.
Maar dat kán niet, zei ik, dokter.
Tja, dan ben ik uitgepraat.
'k Weet niet eens hoe of die heette,
ja, z'n voornaam dat was Piet
en hij had een blauwe pet op,
verder kende ik hem niet.
Ik zei dokter, zei ik, dokter,
't is zo'n kleine ingreep, dokter.
't Spijt me, nee en nog eens nee,
nee daar doe ik niet aan mee.
Zo en gaat u nu maar gauw,
Dag juffrouw.
Over tijd -
twee woorden die je pas beseft
op het moment dat het je treft.
Over tijd -
de angst en de verslagenheid
en 't zelfverwijt.
Over tijd.
Wat dat betekent weet een vrouw alleen.
Dat hebben we dan met elkaar gemeen.
Door onwetendheid,
onervarenheid,
over tijd.
En daar sta je dan alleen,
en daar sta je dan op straat,
maar de vrouwen om je heen
geven je gelukkig raad:
achter op de motor rijden
over hobbelige keien.
Aldoor van de trap afglijden
op je billen, tree voor tree
honderd keren naar benee.
Hete thee met aspirine.
En kinine en kinine.
Nee aluin, aluin, aluin.
Rollebollen van het duin.
Mosterdbaden, mosterdbaden.
Springen van de balustrade
Bukken, bukken, alsmaar bukken
op je hurken en dan drukken,
heus, dat wil nog wel eens lukken.
Wasbenzine, wasbenzine.
En kinine en kinine.
Knieën buigen, knieën buigen
en op motteballen zuigen
en dan na de motteballen
Van de keukentrap af vallen.
En gaan skiën en gaan skiën.
Je moet bidden op je knieën.
Bidden tot de Lieve Heer,
ook dat helpt wel eens een keer.
Grenadine met morfine.
En kinine en kinine.
Lopen, rennen, vliegen, draven.
Pak een schop en ga maar graven,
werken op de boerderij,
zwoegen, spitten in de klei.
Rijen op een dorsmachine.
En kinine en kinine.
Nee aluin, aluin, aluin.
In de tuin, in de tuin.
Dansen dansen sjarleston.
Touwtje springen in de zon.
In een bad van honderd graden.
Mosterdbaden, mosterdbaden.
Maar wat je doet, het blijft een feit
Het helpt geen sodemieter, meid.
Ik weet ergens een adres
in een zijstraat van de Nes
die het met de zeepspuit doet.
'n Enkel keertje gaat het goed
en ze zeggen 't is een goeie,
maar het blijft natuurlijk knoeien,
meestal helpt dat ook geen pest.
Ik weet ook nog een adres
en dat lukt nog wel het vaakste,
't is een echte engeltjesmaakster.
Ja, toen bij m'n nichtje Lot
hielp het, maar zij ging kapot
en m'n moeders zuster Sjaan
is er ook aan doodgegaan.
Dat mens is reuzegoed
maar je weet hoe ze het doet
en je weet wat ze erbij haalt:
de breinaald
De breinaald op de keukentafel.
De breinaald.
Moet dat heus?
Je hebt geen keus,
want geen dokter die het doet,
Dus het móét.
Over tijd, over tijd,
de angst en de paniek.
Was er maar een kliniek.Annie gaat in psychotherapie. 'M'n avonturen die schipbreuk leden… ik moest geholpen worden, genezen van vreemde dwangvoorstellingen. Met m'n werk en liefde is het veel beter gegaan daarna. ( ) Ik had een veel te grote binding met mijn moeder. Een veel te grote identificatie met m'n moeder. En als je moeder je tegen je vader probeert op te zetten is dat wat je eigen liefdesrelaties bederft.' Op aandringen van Wim Hora Adema, eindredactrice van de jeugdpagina, begint Annie versjes en verhaaltjes te schrijven voor Het Parool. Ze doet dat op de lawaaiige redactie en in zeer korte tijd, tussen ratelende schrijfmachines, heen en weer hollende mensen, gepraat en geroep en rinkelende telefoons. De reacties zijn enthousiast. Als Annie weer eens een documentatiemap heeft zoekgemaakt moet ze bij de hoofdredacteur komen. 'Dit vergeef ik u niet, juffrouw Schmidt,'zegt hij, 'maar voor De spin Sebastiaan wil ik u wel een zoen geven.' En hij geeft haar een kus.Sebastiaan.
Dit is de spin Sebastiaan.
Het is niet goed met hem gegaan.
LUISTER!
Hij zei tot alle andere spinnen:
Vreemd, ik weet niet wat ik heb,
maar ik krijg zo'n drang van binnen
tot het weven van een web.
Zeiden alle and're spinnen:
O, Sebastiaan, nee, Sebastiaan,
kom Sebastiaan, laat dat nou,
wou je aan een web beginnen
in die vreselijke kou?
Zei Sebastiaan tot de spinnen:
't Web hoeft niet zo groot te zijn,
't hoeft niet buiten, 't kan ook binnen
ergens achter een gordijn.
Zeiden alle and're spinnen:
O, Sebastiaan, nee, Sebastiaan,
toe Sebastiaan, toom je in!
Het is zo gevaarlijk binnen,
zó gevaarlijk voor een spin.
Zei Sebastiaan eigenzinnig:
Nee, de Drang is mij te groot.
Zeiden alle and'ren innig:
Sebastiaan, dit wordt je dood…
O,o,o, Sebastiaan!
Het is niet goed met hem gegaan.
Door het raam klom hij naar binnen.
Eigenzinnig! En niet bang.
Zeiden alle and're spinnen:
Kijk, daar gaat hij met z'n Drang.
PAUZE
Na een poosje werd toen even
Dit berichtje doorgegeven:
Binnen werd een moord gepleegd.
Sebastiaan is opgeveegd.
Annie is niet langer de schuwe, verlegen, wat muizige juffrouw van de documentatie. Ze is kilo's afgevallen en ze kleedt zich jeugdiger tot wuft. Ze ontplooit zich tot een geestige jonge vrouw, plezierig in de omgang. Voor een cabaretuitvoering op een personeelsavond schrijft ze een paar teksten en componeert bij sommige de muziek. Ze speelt zelf mee. De voorstelling is zo'n succes, dat het cabaret ook elders gaat optreden onder de naam De Inktvis. De teksten die Annie schrijft worden vrijwel meteen gekocht door bekende cabaretiers als Wim Kan, Cor Ruys en Wim Sonneveld. Door het succes van haar cabaretteksten en haar versjes, verhalen en cursiefjes in Het Parool, is er waardering bij een groeiend publiek. Haar directe taalgebruik en ongecompliceerde manier van schrijven, de ironie, de eigenzinnigheid en haar gevoel voor humor en absurditeit worden door velen herkend-----------------------------------------------------------------------------------------------In 1950 verschijnt Annie's eerste bundel kinderversje Het Fluitketeltje. Vanaf dat moment volgt een overweldigende stroom van publicaties. Versjes, verhaaltjes, columns, kinderboeken, light verse, radiosoap, cabaretteksten, televisieseries, toneelstukken en musicals. Ze woont inmiddels samen met Dick van Duijn en raakt opnieuw in verwachting. In het najaar van 1951 sterft haar vader. Ze heeft hem niet durven vertellen dat ze ongehuwd zwanger is. In zijn laatste nacht zit ze in de kamer naast hem te werken aan het versje 'Luilekkerlandexpres'. Het moet af voor de krant. Haar vader is buiten bewustzijn en ademt zwaar, met een reutelend geluid. Als het versje klaar is houdt het reutelen op. 'Wat heb ik vaak later met een rilling aan die nachtelijke uren gedacht. Je gaat door met je werk en je maakt een lollig versje terwijl je vader vier meter van je af ligt te sterven.'Tijdens de begrafenis van haar vader, op een stralende septemberdag, voelt ze zich heel gelukkig. 'Het is toch ook prachtig om zwanger te zijn en met nieuw leven in je, je oude vader te begraven?' Annie en Dick gaan in Berkel en Rodenrijs wonen en hun zoon Flip wordt geboren. In die zelfde tijd schrijft Annie, op initiatief van producer Wim Ibo, voor de Vara-radio de allereerste Nederlandse soap. In Holland staat een huis, ook bekend als De familie Doorsnee. Onderwerpen als woningnood, emigratie, de komst van de tv en de nylon bh en het gebruik van make-up komen aan de orde tegen het decor van de harmonie en gezapigheid van de jaren vijftig van de vorige eeuw. Met de winkelbediende Fred introduceert zij de eerste homoseksueel in de Nederlandse media. Het succes van de serie is ongekend: tijdens de uitzendingen is het stil op straat. De liedjes uit De familie Doorsnee gaan een eigen leven leiden en verschijnen op grammofoonplaat.Het succes van De familie Doorsnee brengt Annie nationale roem. Samen met schrijver Simon Carmiggelt toert ze door het land om op cabareteske wijze lezingen te geven over humor. Vast onderdeel is Annie's opmerking: 'Mijn moeder zei altijd: Trouw nooit met een dominee. Die is altijd thuis'. De zaal moest daar vreselijk om lachen. Simon Carmiggelt vertelt dat Annie een brief kreeg van een mevrouw die schreef:'Trouw nooit met een metselaar, altijd kalk in je bed'. In het vervolg gebruikte ze die reactie bij elk optreden en de zaal lag dubbel. Behalve één keer. Het publiek gaf de hele avond geen krimp. Carmiggelt: 'Terwijl ik achter de coulissen op mijn beurt stond te wachten, hoorde ik haar tot mijn grote ontsteltenis zeggen: 'Mijn moeder zei vroeger altijd: Kind, trouw nooit met een dominee. Altijd kalk in je bed.' En voor het eerst bulderde de zaal van het lachen.'Aanvankelijk verzonnen en later met gebruikmaking van de ervaringen met haar opgroeiende zoon Flip, publiceert Annie de verhaaltjes van Jip & Janneke. Als serie in Het Parool, later ook in boekvorm. 'Het moesten voorleesverhaaltjes zijn voor kleuters en uit mijn leeszaaltijd weet ik nog dat kleuters het allerliefste horen over wat ze zelf kunnen meemaken. De gewone dagelijkse dingen als boodschappen doen, aan de hand van moeder ergens naartoe gaan. Ik heb toen twee buurkinderen bedacht en gewoon verteld wat ze zoal konden beleven.' De verhaaltjes zijn het begin van een langdurige samenwerking met de illustratrice Fiep Westendorp. Westendorp tekent Jip en Janneke in zwart witte silhouetten met duidelijke contouren. Dat bleek later een nadeel te hebben. De verhaaltjes zijn over de hele wereld vertaald. Behalve in Engeland; daar dachten ze dat Jip en Janneke negertjes waren.Tegen het einde van de jaren vijftig is Annie één van de populairste schrijvers voor kinderen geworden. In haar versjes, verhalen en boeken lopen fantasie en werkelijkheid in elkaar over. Sprookjeselementen spelen een belangrijke rol. Vanaf haar jeugd is Annie een groot bewonderaar van de Deense sprookjesschrijver Hans Cristiaan Andersen. Maar bij Annie vinden gebeurtenissen altijd plaats in een herkenbare omgeving. Pratende dieren en brievenbussen vind je in en om flatgebouwen. Heksen vliegen soms op een bezemsteel, maar verplaatsen zich ook per auto en gebruiken de telefoon. Engeltjes vermaken zich met een transistorradio. Elke bizarre situatie wordt bij Annie volkomen vanzelfsprekend. In 1957 wordt Wiplala kinderboek van het jaar. Het is de eerste van een lange reeks onderscheidingen waarmee haar werk wordt bekroond.Annie combineert werk en gezin door vroeg op te staan. Voor haar man Dick en zoon Flip wakker zijn, zit een deel van de werkdag er al op. Soms kan ze zich moeilijk losmaken van haar werk. 'Ze zit weer op een wolk', zegt haar zoon dan. Annie: 'Wanneer andere vrouwen stofzuigen, 's morgens om negen uur, of bedden opmaken of andijvie wassen, dan zit ik uit het raam te staren. Of ik lig op de bank. En niemand wil geloven dat dat werken is. Heel hard werken zelfs. En ik verdien er mijn brood mee. Ik lig dus op die bank en denk: Wat klinkt leuker: Ringel Rangel Ronde, of Ringel Rangel Roezemoes? Soms kan ik een kwartier met zo'n probleem bezig zijn. Er kwam eens een schilder de kamer behangen. Gaat uw gang maar, zei ik, dan werk ik ook gewoon door. Hij zag mij op de bank liggen en vond het duidelijk vreemd, maar liet niets merken. Na een uurtje zei hij: Moet u nou niet 's een beetje rusten?'Met de televisieserie Pension Hommeles doet Annie ervaring op met het dan nieuwe medium. Al in 1949 is ze voor het eerst voor de camera opgetreden in een experimentele tv-uitzending van Philips. Nu beperkt ze zich tot het schrijven van de tekst. Net als bij De familie Doorsnee, werkt ze samen met de componist Cor Lemaire.
Het zal voor de laatste keer zijn. Als ze in het begin van de jaren zestig de componist Harry Bannink ontmoet, ontstaat een samenwerking die tot haar dood zal duren. Annie en Harry delen het zelfde gevoel voor humor, ze zijn allebei beschouwelijk en relativerend van aard en koesteren de bizarre kanten van het dagelijks leven. Harry blijkt een feilloos gevoel te hebben voor de teksten van Annie. Hij versterkt ze met zijn composities. Samen zullen de eerste Nederlandse musical maken: Heerlijk duurt het langst.Heerlijk duurt het langst trekt twee seizoenen volle zalen. Een gedeelte van de cast werkt ook mee aan de nieuwe serie Ja zuster, nee zuster waarmee Annie en Harry televisie- geschiedenis maken. Maar ster van de serie is de actrice Hetty Blok. Ze zal van de hoofdrol van Zuster Klivia een nationaal fenomeen maken. Ook alle andere bewoners van haar pension worden door de Nederlandse kijkers in het hart gesloten. Na verloop van tijd werden zelfs afspraken verzet, vergaderingen afgezegd, sportwedstrijden verplaatst. Heel Nederland zat aan de buis gekluisterd. 'Ik had toen een boer als buur', herinnert Harry Bannink zich. 'Tijdens de uitzending werd er beslist niet gemolken. 'De koei'n kunn'n verrek'n', zei hij dan. Hij moest zien wat er gebeurde. Dat de serie zó populair zou worden wisten we echt niet.'Successen op televisie en in het theater, maar het schrijven van kinderboeken gaat gewoon door. Annie ontvangt de Staatsprijs voor kinder- en jeugdliteratuur. De jury prijst haar vermogen om vanuit de positie van het kind te schrijven, kind te zijn met het kind. Annie zegt daar zelf over: 'Ik ben altijd acht gebleven.' Bij de aanvaarding van de prijs brengt ze naar voren: 'Nee, moraliseren is er niet meer bij. De standaard vraag die altijd weer gesteld wordt is deze: Aan welke voorwaarden moet een goed kinderboek voldoen? Het beste antwoord: 'Het moet alleen maar goed zijn' voldoet niet; het is een dooddoener waarmee men alle kanten uit kan. Mijn antwoord is: Het moet waar zijn en nergens gelogen. Dat klinkt boud uit de mond van Schaap Veronica, maar ik houd vol dat ik mijn werk alleen gelogen heb als ik, moe en ongeïnspireerd, iets verzon wat niet vanzelf ontstond, en ook daar waar ik opzettelijk een boodschap trachtte te brengen, van bovenaf.'Ik ben lekker stout.
Ik wil niet meer, ik wil niet meer!
Ik wil geen handjes geven!
Ik wil niet zeggen elke keer:
Jawel mevrouw, jawel meneer…
Nee, nooit meer in mijn leven!
Ik hou mijn handen op de rug
en ik zeg lekker niks terug!
Ik wil geen vieze havermout,
Ik wil geen tandjes poetsen!
'k Wil lekker knoeien met het zout,
ik wil niet aardig zijn, maar stout
en van de leuning roetsen
en schipbreuk spelen in een teil
en ik wil spugen op het zeil!
En heel hard stampen in een plas
en dan m'n tong uitsteken
en morsen op m'n nieuwe jas
en ik wil overmorgen pas
weer met twee woorden spreken!
En ik wil alles wat niet mag,
de hele dag, de hele dag!
En ik wil op de kanapee
met hele vuile schoenen
en ik wil aldoor gillen: Nee!
En ik wil met de melkboer mee
en dan het paardje zoenen.
En dat is alles wat ik wil
En als ze kwaad zijn, zeg ik: Bil!
Kinderversjes, cabaretteksten, gedichten, columns, boeken, radio- en tv-series, musicals, toneelstukken: alleen al de veelzijdigheid van Annies oeuvre dwingt respect af. Bijna elke Nederlander kent wel enkele titels, een paar zinnen, een versje, een liedje. Van jongs af aan gestimuleerd door haar moeder, is Annie de meest geliefde schrijfster van de vorige eeuw geworden. De neerlandicus en critica Joke Linders schrijft in haar boek Doe nooit wat je moeder zegt: 'Al haar teksten, of ze nu bedoeld zijn voor kinderen, volwassenen, radio of cabaret, hebben die relativerende, ironiserende en daardoor vrijmakende visie op mens en maatschappij. Op speelse wijze neemt zij het op voor de zwakken of verdrukten (kinderen, vrouwen, de gewone man/vrouw, dieren). En veelvuldig klinkt in haar werk het verlangen naar vrijheid en ongebondenheid dat vooral in haar verbeelding gerealiseerd lijkt te worden. Alles wat vals is - fatsoen, regeltjes, autoriteiten - bekijkt zij met scepsis.'In 1987 wordt aan Annie de prestigieuze Constantijn Huygens prijs toegekend. Als schrijfster van kinderboeken, versje, radio- en tv-teksten, musicals en toneelstukken wordt ze daarmee 'ingelijfd' in de wereld van de officiële literatuur. Een jaar later ontvangt ze, als eerste Nederlander, de Hans Christiaan Andersenprijs. Deze prijs wordt ook wel de 'Nobelprijs voor jeugdliteratuur' genoemd. Tegen het NRC Handelsblad zegt Annie: 'Andersen is een stuk van mijn leven. Dat zijn boeken waar ik zoveel van houd, dat ik ze altijd weer herlezen heb.' De officiële uitreiking in Oslo, door haar collega en zielsverwant Astrid Lindgren, vindt ze maar gedoe. 'Waarom sturen ze me dat ding niet gewoon per post?' vraagt ze zich af. Maar de ontmoeting met Lindgren, met wie ze gaat lunchen, is een feest. 'Natuurlijk ken ik haar boeken, maar ik wist niet dat ze de mijne ook gelezen had. Toen ze zei: Annie, I love you so much, where have you been all my life?, kreeg ik tranen in mijn ogen.' Ze praten over slechte ogen en beroemd zijn. 'We deelden samen een taartje, alsof we zusters waren.'-----------------------------------------------------------------------------------------------Door het verlies van haar gezichtsvermogen en door haar hoge leeftijd wordt het schrijven steeds moeilijker. Maar het oud worden is toch minder erg dan ze had gedacht. Ze staat in het middelpunt van de belangstelling.'Ik doe gewoon wat ik zelf leuk en lekker vindt, zegt ze in een interview. Ik hoef niks meer te scheppen of te bedenken. Lekker rustig.' Maar als ze andere lichamelijke problemen krijgt - versleten wervels, hart- en longklachten, gebroken heup - wordt het leven zwaarder. In de toenemende afhankelijkheid van verplegend personeel kan ze zich moeilijk schikken. Steeds vaker praat ze met vrienden over de dood. Ze belt Harry Bannink met het verzoek om haar begrafenismuziek te maken. De componist valt even stil en vraagt dan: 'Heb je er haast mee, Annie?' Haar reactie is een schaterlach. Ze wil alleen maar voorkomen dat de muziek te treurig wordt. Een jaar later, in de nacht na haar 84ste verjaardag, komt de dood in haar slaap. Het is 21 mei 1995
   
Vergelijkbare reviews Reviews die interessant kunnen zijn voor Eerbetoon     Will the King of Pop will live forever?
Review over Wat zullen de gevolgen van de dood van Michael Jackson voor de muziekindustrie zijn? door  Nema Voordelen: Herinnering en zijn muziek
Nadelen: De hype rondom zijn dood
...meer waard is dan iets toevoegen in de muziekwereld. Uiteindelijk zal 'de muziek' ons niet kunnen bedanken, omdat het maar een vorm van entertainment is. De een z'n dood, de ander z'n brood Goed te zien als je kijkt naar de hype en roddels rondom de dood van Jackson. Na zijn overlijden werden op Bol.com gemiddeld per seconde 10 CD's verkocht. Er was een ware run op zijn CD's, want iedereen moest het ineens hebben. Ook MTV, TMF, Rtl Boulevard en andere soortgelijke programma's zonden eerbetonen en informatieve afleveringen uit over de reeds overleden ster. Uiteindelijk gaat het daarbij om geld, het is actueel en voor sommigen schokkend. Nu het al ongeveer 3 maanden geleden is dat Jackson overleed, is het niet zo actueel meer en hoor je er niets meer over. Af en toe, wordt er gesproken over moord op Jackson en wordt vooral de dokter... Lees review Ciao leden hebben deze review gemiddeld beoordeeld met Zeer Behulpzaam Zeer Behulpzaam
01.01.1970
Hardy en laurel: Door dik en dun
Review over Alles wat begint met een H door  rakker126 Voordelen: Humor, lachen, heel veel films
Nadelen: je moet er van houden
...naam later als eerbetoon aan zijn vader die overleed in de eerste wereld oorlog. Zijn bijnaam was overigens Babe. Hardy kwam aan zijn bijnaam Hardy omdat hij vaak een Italiaanse kapper bezocht. Hier liet hij zijn koppie wier opknappen en de kapper noemde hem dan altijd baby, vraag me niet waarom! Daarom werd zijn bijnaam Babe, dit werd echter nooit in een film gebruikt maar wel buiten de film om. Dus niet hallo manneke Hardy maar Hey dat is Babe! In zijn latere tienerjaren was hardy een populaire podium zanger en hij verzorgde zijn eigen bioscoop. Hij dacht echter dat hij het veel beter kon dan al die komieken die kwamen optreden in zijn bios en dus besloot hij in 1913 om een acteur te worden. Hij speelde allerlei soorten rollen, van vrouw tot held van held tot slechterik. Hij deed mee aan meer dan 250 korte stille films waarvan meer dan... Lees review Ciao leden hebben deze review gemiddeld beoordeeld met Behulpzaam Behulpzaam
01.01.1970
Vergelijk gelijkwaardige thema's over Eerbetoon Novelles Essays Citaten(+) Mooie citaten (-) Hoperlijk vinden julie ze ook leuk! (*) Fictie Korte Verhalen(+) Ontspannend, positief, aandacht, stimuleert de fantasie (-) geen nadelen (*) (*) Reviews door Ciao leden
Over Ciao - Werken bij Ciao - Adverteer bij ons - Pers - Word een partner - Ciao-kwaliteitszegel Ciao UK - Ciao Deutschland - Ciao France - Ciao Italia - Ciao España - Ciao Sverige Site-inhoud - Ciao-hitlijsten - Populairste producten - Gegevensbescherming
© 2012 Shopping Guide GmbH

niet erg handig
erg handig

Eerbetoon : Lees reviews op nl.tumme.com

Canvas not supported

Sign In